Borstvoeding geven als je kindje naar de opvang gaat

Als je na de geboorte van je baby weer gaat werken zal je baby waarschijnlijk door iemand anders verzorgd moeten worden. Misschien kun je het zo regelen dat je partner thuis is als jij werkt, of zijn er andere familieleden of vrienden die voor je kindje kunnen zorgen. Maar wat als je borstvoeding geeft en je baby gaat naar het kinderdagverblijf of een gastouder? Hoe gaat dat in zijn werk?

Voeden

Er zijn verschillende manieren om je baby te voeden als jij werkt en je baby bij de opvang is. Als je dichtbij de opvang werkt is het mogelijk dat je zelf naar de opvang toe gaat om je baby daar de borst te geven. Als je dit wilt gaan doen, kun je aan de opvang vragen of er een geschikte plek is om je baby te voeden. Ook kun je bespreken of je op vaste tijden komt om te voeden, of dat ze jou kunnen bellen op het moment dat je baby honger heeft. In de meeste gevallen zul je als moeder op je werk de melk afkolven en zal een medewerker deze aan je baby geven. Over afkolven kun je meer lezen in onze brochure ‘Afkolven en bewaren’.

Oefenen met de fles

Als je baby ongeveer zes weken is en het voeden zonder problemen verloopt kun je gaan oefenen met het geven van een fles. Het drinken uit een fles vraagt een heel andere drinktechniek dan aan de borst. Start daarom liever niet te vroeg met het introduceren van een fles of speen. Je baby kan erdoor in de war raken. Drinken uit de fles kun je oefenen met 20 tot 30 milliliter per keer. Het gaat om de techniek, niet om de hoeveelheid voeding. Mocht het niet gelijk goed lukken dan hoef je niet veel melk weg te doen. Als je baby eenmaal uit de fles kan drinken, blijf dan een paar keer per week oefenen zodat hij het niet verleert.

Flesweigeren

Sommige baby’s willen niets van de fles weten. Als een ander dan hun moeder de fles geeft, gaat het soms beter. Veel oefenen, op momenten dat de baby geen honger heeft, kan helpen. Wat thuis niet lukt, lukt soms wel op de opvang. Is je baby een moeilijke flesdrinker dan kun je dit met de leidsters van de kinderopvang bespreken. Vaak hebben zij wel ervaring hiermee en lukt het hen wel om de baby te laten drinken. Daarnaast is de fles niet de enige manier om een baby afgekolfde melk te geven. Melk geven kan ook met een kopje, lepel, tuitbeker, softcup of bekertje.

Hoeveel en hoe vaak?

Een veel gehoorde vraag van moeders die weer aan het werk gaan is: hoeveel melk moet er in de fles en hoe vaak moet mijn baby de fles krijgen? Er zijn richtlijnen, zie ook dit artikel: hoeveel melk in een fles?, maar uiteindelijk verschilt het per baby. Sommige baby’s komen de dag door met drie flessen van 120 ml. Andere baby’s hebben meer behoefte aan flessen met kleinere hoeveelheden. Sommige baby’s worden nooit echt fan van het drinken uit flessen en drinken op de kinderopvang maar weinig, om ’s avonds bij jou weer bij te drinken. Dat is ook prima. Om te starten kun je kijken hoe het gaat als je baby net zo vaak de fles krijgt als hij anders bij jou drinkt. Voor je baby is het het fijnst als hij ook op de opvang op verzoek gevoed kan worden. Sommige leidsters vinden dit lastig, zij kunnen dan vragen om tijden. Als je baby op vaste tijden drinkt, kun je die tijden doorgeven en anders aangeven om de hoeveel tijd je baby ongeveer wil drinken en daarbij aangeven dat als je baby eerder wil drinken, dit ook goed is. Als je de afgekolfde melk in het begin mee geeft in kleine porties van bijvoorbeeld 50 ml, kan op de opvang gekeken worden hoeveel porties van 50 ml nodig zijn om per keer aan de baby te geven.

Rituelen

Als je thuis bepaalde rituelen hebt bij het voeden is het goed om deze met de opvang te bespreken. Als je gewend bent om je baby voor het drinken al een slaapzakje aan te doen omdat hij direct daarna gaat slapen, is het prettig als dat op de opvang ook gedaan wordt. Of misschien heeft je baby graag een knuffel bij zich, of een spuugdoekje met jouw geur er aan, of vindt hij het fijn om in een bepaalde houding gevoed te worden. Door dit soort rituelen ook op de opvang te doen voelt je baby zich er sneller thuis.

Moedermelk bewaren op het kinderdagverblijf

Als je na een paar keer de drinkvoorkeur van je baby kent, kun je de afgekolfde melk meegeven in het aantal flesjes dat hij op een dag drinkt. Als je de melk thuis in de vriezer hebt bewaard kun je de melk de avond van tevoren thuis alvast in de koelkast zetten. Dan is het de volgende dag, als je de melk bij de kinderopvang brengt, al redelijk ontdooid. Melk uit de vriezer dient binnen 24 uur na ontdooien gedronken te worden. Als er na de dag nog melk over is, moet je dat dus weggooien. Vers afgekolfde melk blijft in de koelkast ongeveer acht dagen goed. Op de flesjes kun je duidelijk de naam van je baby zetten. Het is vaak ook mogelijk om in de vriezer van de opvang een of twee reserveflesjes te zetten, voor als je baby een keer meer wil drinken of er iets mis is gegaan met een flesje. Het is afhankelijk van de vriezer van de opvang hoe lang zo’n flesje goed blijft in die vriezer. Het is aan te raden het reserveflesje elke drie a vier maanden te ruilen met een ‘vers’ flesje.

Minder flessen

Als je baby ouder wordt, zal hij vaak langzaamaan minder voedingen per dag drinken. Dit kan ook op de kinderopvang gebeuren. Met de pedagogisch medewerkers kun je blijven bespreken hoe de voedingen gaan. Als je thuis merkt dat er meer tijd tussen de voedingen komt te zitten, kun je dit ook aangeven aan de kinderopvang. Ook kan het zijn dat je baby behoefte krijgt aan meer afgekolfde melk per voeding. Door goed in gesprek te blijven met de leidsters, kunnen jullie dit met elkaar afstemmen.

Kinderopvang kiezen

Tijdens je zwangerschap of kort nadat je baby is geboren, zul je op zoek gaan naar opvang voor je (aanstaande) baby. Elke kinderopvang heeft zijn eigen karakter. Het is goed om je vooraf op de hoogte te stellen en een intake gesprek te hebben waar je ook aan de orde brengt dat je borstvoeding geeft. Er zijn grote en kleine organisaties, met allemaal hun eigen beleid en principes. Het een zal beter dan het ander aansluiten bij de manier waarop jullie thuis met je kindje omgaan. Ben je bijvoorbeeld gewend om op verzoek te voeden, dan is het wel zo prettig als de opvang ook flexibel met de voedingsmomenten omgaat. Het is belangrijk dat je een goed gevoel hebt bij de kinderopvang waar je kindje naartoe zal gaan, en dat je moedermelk er met liefde wordt doorgegeven.

Illustratie: Wendy de Boer