Waarom vaak voeden belangrijk is

Vaak voeden is belangrijk voor je melkproductie en voor een gezonde ontwikkeling van je baby. Tijdens de eerste dagen en weken na je bevalling is het natuurlijk belangrijk dat je baby genoeg melk binnen krijgt. Minstens acht tot twaalf voedingen per etmaal is een goede richtlijn voor de eerste weken. Ook meer dan twaalf voedingsmomenten is normaal.

Melkproductie

De melkproductie in de eerste weken wordt gestuurd door hormonen. Het hormoon prolactine is belangrijk voor de melkaanmaak: zonder prolactine is er geen melk. Als je voedt of afkolft, stijgt het prolactinegehalte in je bloed. Hoe vaker prolactine piekt in de eerste weken na de bevalling, hoe meer prolactinereceptoren er worden gevormd in de melkklieren, hoe gemakkelijker je voldoende melk kunt produceren gedurende de rest van de borstvoedingsperiode.

Na een voeding stroomt de overgebleven melk geleidelijk terug naar de melkklieren. Als de volgende voeding langer op zich laat wachten en je borsten erg vol raken wordt de melk die daar is opgeslagen, afgebroken en afgevoerd. Dit is een signaal voor het lichaam dat er minder melk nodig is. Laat je regelmatig lange tijd tussen twee voedingen, dan heeft dat een negatief effect op je melkproductie.

Ontwikkeling baby

Ook voor de ontwikkeling van je baby is het belangrijk dat hij vaak gevoed wordt. Voor de groei en ontwikkeling van de hersenen heeft een baby een grote en constante toevoer van lactose (melksuiker) nodig. Als de tijd tussen de voedingen niet te lang is, dan krijgt de suikerspiegel van je baby geen kans om veel te dalen.

Daarnaast ontwikkelt een baby die vaak aan de borst mag drinken een goed gevoel voor verzadiging. Hij kan de hoeveelheid melk die hij per keer drinkt nauwkeurig zelf regelen als je borsten niet overvol zijn. Dat heeft een positief effect op zijn latere eetgedrag.

Opslagcapaciteit

De snelheid waarmee je melk aanmaakt is niet constant: volle borsten maken langzaam melk; lege borsten maken snel melk. Wanneer een borst vol is, hangt af van de opslagcapaciteit van de borst. De opslagcapaciteit wordt niet bepaald door de grootte van je borst of de hoeveelheid melkklierweefsel. Het zegt ook niets over de totale hoeveelheid melk die je dagelijks kunt produceren.

Een moeder met een grote opslagcapaciteit zal wat meer tijd tussen de voedingen kunnen laten, zonder dat daardoor de snelheid van haar melkproductie afneemt. Een kleiner aantal voedingen resulteert bij haar dus niet zo snel in een lagere melkproductie.

Vraag en aanbod

In de eerste weken wordt de melkproductie gestuurd door hormonen. Na verloop van tijd wordt de aanmaak van melk voornamelijk plaatselijk in de borst geregeld. Als je in de eerste weken vaak gevoed hebt, zullen je borsten ook na enkele maanden in staat zijn om genoeg melk te maken. Hoe vaker de borsten worden geleegd, hoe beter de melkproductie op gang blijft.

Het totale volume van de melkproductie blijft na de eerste weken min of meer gelijk, zolang de borsten vaak genoeg geleegd worden. De meeste baby’s die uitsluitend borstvoeding krijgen, drinken in de eerste maanden gemiddeld acht tot twaalf voedingen per 24 uur.

Er zijn ook baby's die minder vaak drinken en die ook niet vaker wíllen drinken. Als de groei volgens de WHO curve goed is, de baby voldoende plas- en poepluiers heeft, gezond is, en alert is tussen de voedingen door, dan hoort dit blijkbaar bij de baby en is het geen probleem. Ook als je baby veel vaker aan de borst gaat hoef je je niet ongerust te maken. Een borstgevoede baby zul je niet zomaar overvoeden.

Tot slot

Het vermogen van een moeder om precies die hoeveelheid melk te produceren die haar baby nodig heeft, is het beste voorbeeld van een systeem van vraag en aanbod dat je maar bedenken kunt. Het voortbestaan van de mensheid is er eeuwenlang afhankelijk van geweest; er is dan ook niets geheimzinnigs of magisch aan het hebben van genoeg melk. Tenminste, zolang je je maar houdt aan de ‘gulden’ regel: Hoe vaker je baby drinkt, hoe beter vraag en aanbod op elkaar worden afgestemd.

Bronnen:
Borstvoeding, compleet handboek voor ouders
Borstvoeding, handleiding voor de zorgverlener

februari 2015