Als nieuwbakken ouders kan er nogal wat op je afkomen als je baby in je armen gelegd wordt. Je baby wil maar een paar dingen: liefde, warmte, aangeraakt worden, schone luiers, slapen en natuurlijk eten, vaak eten. Maar hoe kan je nu weten of je baby honger heeft? Je baby communiceert dit op een aantal manieren, oplopend van subtiele hongersignalen tot uiteindelijk een noodsignaal; huilen. Dit artikel kan je helpen het gedrag van je kindje te interpreteren.
Je baby kan zich in een aantal bewustzijnstoestanden bevinden. Deze hebben betrekking op bewegingen van het lichaam, de ogen, het gezicht, de hartslag en de ademhaling. Ze geven de mate van alertheid of bewustzijn van de baby aan. Traditioneel wordt aangeraden om je baby aan de borst te brengen als hij 'rustig alert' is. Een baby kan echter ook gevoed worden in de actieve/lichte slaap en in de slaperige bewustzijnstoestand.
Je hoeft je baby als hij slaapt en deze signalen geeft niet eens wakker te maken, zijn reflexen stellen hem in staat te drinken. Deze reflexen om te drinken worden wel minder naarmate je kindje dieper slaapt. Bij een pasgeboren baby is het onderscheid tussen verschillende bewustzijnstoestanden minder duidelijk dan bij oudere baby’s. Een moeder die haar baby veel bij zich houdt, zal snel leren wanneer haar baby in welke staat is en hoe zij daar het beste op kan reageren.
We onderscheiden de volgende zes bewustzijnstoestanden:
In de fasen 2, 3, en 4 kun je vaak je kindje zonder problemenaan de borst brengen. Als je baby zich vlak bij jou bevindt, zal hij zoekende bewegingen gaan maken. In elk van deze drie toestanden kun je hongersignalen opmerken. Hongersignalen zijn:
In fase 5 kun je eerst je baby door hem te kalmeren rustiger laten worden. Je kunt je baby wiegen, of liedjes zingen of op andere manieren rustig genoeg krijgen om aan de borst te laten gaan.
Huilen, de zesde fase, is eigenlijk geen hongersignaal, maar een alarmsignaal; een teken van stress of ongemak. Dit kan ontstaan als er te lang niet op de hongersignalen (of andere ongemakken) wordt gereageerd, bijvoorbeeld omdat ze worden gemist. Een huilende baby moet enigszins worden gekalmeerd voordat je hem aan de borst brengt. Door het huilen gaat de tong naar achter, terwijl die voor een goede hap over de onderkaak dient te worden gelegd. Vaak is het al genoeg om je baby dicht bij de borst te houden zodat hij wat kalmeert en weet dat hij te eten krijgt.