Tot mijn verbazing bleek ik zelfs voor een baby en een peuter genoeg te kunnen produceren.

Borstvoeding geven na een borstverkleining

Met de juiste aandacht kun je na een borstverkleining prima borstvoeding geven. Soms lukt het ondanks die aandacht niet om voldoende melk te produceren. Dan is een aanvulling met donormelk of kunstvoeding nodig. Maar dat volledig borstvoeding geven ook mogelijk is, laat het verhaal van Sarah zien. Zij onderging op haar twintigste een borstverkleining en gaf jarenlang succesvol borstvoeding aan haar vier kinderen.

Toen ik het eerste gesprek met de chirurg had, begon zij over borstvoeding. Ik was toen een student van 20 en was helemaal nog niet bezig met moeder worden. Toch legde zij uit dat ze gezien mijn leeftijd de operatie wilde uitvoeren met oog op borstvoeding in de toekomst. Ze zou de melkkanalen zoveel mogelijk intact laten en zo min mogelijk melkklierweefsel weghalen. Toevallig ontmoette ik de vader van mijn kinderen de avond na dat eerste gesprek. 

Vijf jaar na de operatie raakte ik zwanger. Tijdens de zwangerschap besprak ik de komende borstvoedingsperiode uitgebreid met de verloskundige en ook met een lactatiekundige. Met de kraamzorg spraken we af wat vaker te wegen en de lijntjes met de lactatiekundige kort te houden. De bevalling verliep helaas niet goed en ik had erg veel bloed verloren. Dat gaf een extra uitdaging om de melkproductie op gang te krijgen. Het duurde bijna een week voordat er echt wat kwam. Ik baalde flink toen ik moest gaan aanvullen met kunstvoeding. Met veel aanleggen, afkolven en doorzetten kwamen er steeds meer milliliters. Met de steun van Borstvoedingorganisatie La Leche League en de lactatiekundige heb ik mijn productie langzaam maar zeker kunnen uitbouwen en hoefden we niet meer aan te vullen. Mijn dochter groeide na drie weken helemaal op mijn melk.

Toen twee jaar later mijn tweede kindje kwam, dronk de oudste ook nog bij mij. Dat gaf me een gevoel van vertrouwen. Ik hoopte dat daardoor de productie dit keer sneller op gang zou komen na de bevalling. Aan de andere kant hield ik er ook rekening mee dat zij zou moeten stoppen als de baby er was. De nieuwe baby moest wel voldoende melk krijgen natuurlijk. Tot mijn verbazing bleek ik zelfs voor een baby en een peuter genoeg te kunnen produceren. Bij mijn rechterborst waren de tastreceptoren minder goed hersteld. Daardoor kreeg ik aan die kant moeilijk een toeschietreflex. Dan is het heel handig om twee kinderen tegelijk te voeden. De één kon aan de linkerborst de toeschietreflex opwekken, waardoor de andere borst ook beter geleegd werd.

Een ander effect van de slecht herstelde tastreceptoren was dat het niet heel fijn voelde om met die rechterborst te voeden. Omdat hij ook veel minder produceerde, ben ik bij alle kinderen na een paar maanden overgegaan op voeden met één borst. Dus zelfs met die ene borst kon ik voldoende produceren.

Mijn productie dipte wel makkelijk bij stress of als ik niet vaak genoeg voedde. Als ik dan weer wat aandacht gaf aan een extra voeding tussendoor, trok dat ook snel weer bij. Mijn kinderen groeiden, ondanks de borstverkleining, op mijn melk uit tot lekkere bolle baby’s. Vorig jaar stopte mijn borstvoedingsavontuur definitief toen mijn vierde kindje er klaar mee was. Ik kijk nu met ontzettend veel trots terug op deze jaren.